8 | “Soms zie je een kind van 13 en dan weet je: dat wordt later een boef”

De jeugdbende in Bos en Lommer

Ali

 

De jongens die in Amsterdam-West op straat staan te schreeuwen, hebben niet in de gaten dat twee agenten ze vanuit een auto heel goed in de gaten houden. De agenten zien hoe de jongens op scooters komen aanrijden en plastic tassen achterin een auto zetten. 

Een van de jongens is Ali, een heel kleine jonge man met brede schouders. Hij is dan 25 jaar oud. Ali zit heel vaak in de gevangenis en zijn strafblad van 12 pagina’s staat vol met overvallen, wapenbezit, inbraken en diefstallen. Ali heeft geestelijke problemen, zo kan hij heel snel heel agressief worden. Dan wordt hij boos om heel kleine dingen. 

Ali hoort bij een beruchte jeugdgroep uit Bos en Lommer, een Amsterdamse wijk. Die groep veroorzaakt overlast, en sommige leden zijn verdacht van heel ernstige misdrijven. Zoals overvallen of straatroven. Bij één van die overvallen is zelfs iemand doodgeschoten. De politie vindt niet altijd genoeg bewijs, dus de daders worden niet altijd opgepakt. 

 
De laatste weken is het heel onrustig in de buurt: er zijn meerdere winkels overvallen. Ook is er een straatruzie geweest, waarbij een man in zijn benen is geschoten. Bovendien is een paar dagen eerder een politieauto in brand gestoken. De politie denkt dat Ali dat heeft gedaan, maar bewijs heeft de politie niet. 

De politie let de laatste tijd dus goed op, vandaar dat de agenten vanuit hun auto de groep in de gaten houden. 

Maar dan ziet een van de jongens de politie! Iedereen rent weg. Ali probeert zich in de bosjes te verstoppen. Maar de agenten zien hem en ze houden hem aan. In de bosjes vinden ze de sleutel van de auto. De agenten doen de kofferbak open en kijken in de tassen. Eerst zien ze niks. Alleen wat boodschappen. Chips. Cornflakes. Oreo’s. Maar dan kijken ze goed. Een van de chipszakken lijkt wel dichtgeplakt. De agenten maken de zak voorzichtig open. Dan zien ze het. De zak zit vol met briefgeld. Ook de doos cornflakes zit vol met bankbiljetten. In totaal halen ze 136.000 euro tussen de boodschappen vandaan. De politie en de officier van justitie weten het zeker: dat geld is met misdrijven verdiend! Daarom moet Ali het inleveren. Ali wordt gearresteerd, voor de zoveelste keer. Maar hij zegt: “Ik heb niks gedaan en dat geld is niet van mij!”  

Ali bestaat echt en het verhaal hierboven is echt gebeurd. Hij is echt opgepakt bij een auto met 130.000 euro erin. De politie denkt dat hij een politieauto in brand heeft gestoken. Maar krijgt hij daarvoor ook straf?

De wijk

Bos en Lommer is een wijk in Amsterdam-West. Het is een gemengde buurt, waar allerlei mensen wonen. Dat zie je ook aan de winkels. Bakkers, koffiezaakjes, kledingwinkels, populaire cafés en nieuwe restaurants. De buurt is de laatste jaren veranderd. Doordat huizen in het centrum van de stad erg duur zijn geworden, trekken mensen naar wijken zoals Bos en Lommer. Daardoor verandert de wijk. Voor sommige dingen is dat goed, maar bewoners vinden het ook jammer. Hun buurt is niet meer hetzelfde, zeggen zij. Veel oude bewoners wonen in een huurhuis en zij zijn bang dat hun huis wordt verkocht. Waar moeten ze dan heen? Een koophuis kunnen ze niet betalen. 

Hoofdstuk_8_Admiraal de Ruijterweg 2017 KLEUR_voorkant.jpg

Problemen thuis

In de buurt wonen ook gezinnen waar het niet zo goed mee gaat. Daar zijn veel problemen thuis. Er zijn geldzorgen, bijvoorbeeld doordat de ouders geen werk hebben. Andere ouders werken juist heel erg hard, waardoor ze weinig thuis zijn. Weer andere ouders kunnen hun kind niet goed opvoeden doordat ze te veel aan hun hoofd hebben. De oudere kinderen moeten dan voor hun broertjes en zusjes zorgen. Ze zijn tot laat op straat. In Bos en Lommer is er een grote groep jongens die altijd samen rondhangt. Dat is de groep van Ali. 

De straatgroep

Die groep bestaat al heel lang. Hij verandert steeds van samenstelling: jonge kinderen komen erbij en oudere jongens gaan weg. Een vriendengroep is leuk natuurlijk, maar in deze groep gelden andere regels. Op straat moet je vooral heel stoer zijn en het nooit laten merken als je bang bent. Als iemand je iets flikt, moet je diegene gelijk hard terugpakken. En het allerbelangrijkste: je mag nooit met de politie praten. Doe je dat wel, dan heb je een groot probleem. 

Bovenaan in de pikorde staan de oudere jongens, vanaf een jaar of twintig ongeveer. Zij bepalen wat er gebeurt. Daaronder heb je iets jongere jongens, tussen de 14 en de 20 jaar. Zij horen er al wel echt bij, maar ze moeten wel luisteren naar de oudere groep. Daaronder lopen de kleintjes, tussen de 10 en 14 jaar oud. Sommigen zijn zelfs nog jonger. Als zij een opdracht krijgen, voeren ze die uit. Op de uitkijk staan om voor de politie te waarschuwen, bijvoorbeeld. 

Schulden en zorgen

De jonge jongens willen heel graag op de oudere jongens lijken, maar eigenlijk gaat het met de oudere jongens helemaal niet goed. Ze hebben een mooie scooter en mooie kleren, maar intussen hebben ze veel zorgen.

 
Sommige jongens zijn licht verstandelijk beperkt, waardoor ze dingen moeilijk kunnen begrijpen. Ook een normaal gesprek kan voor hen verwarrend zijn, waardoor ze snel boos worden. Ze hebben vaak hoge schulden, bijvoorbeeld omdat ze hun scooter met geleend geld hebben gekocht. 

Ali en zijn familie

Ali komt uit een familie waar veel problemen zijn. Hij heeft vijf broers, waarvan een levenslang in de gevangenis zit omdat hij twee mensen heeft doodgeschoten. Een andere broer heeft gevangenisstraf gekregen omdat hij zich wilde aansluiten bij een terroristische groep. Ali heeft ook steeds last met de politie. Als Ali een keer is ontsnapt uit de gevangenis, kan de politie hem pas in Spanje weer arresteren. De politie doet vaak invallen bij Ali en zijn familie. Ze zoeken dan naar wapens, misdaadgeld of drugs. Soms vinden de agenten dat. 

Omdat Ali vaak met pistolen is gezien, valt alleen een zwaarbewapend arrestatieteam van de politie het huis binnen. Daarbij gaat het er hardhandig aan toe: een jong kind dat familie is van Ali, raakt bij zo’n inval gewond. Volgens veel mensen uit de buurt is Ali daarover heel boos. Wil hij misschien wraak?

De brandende politieauto

Die zomer steken onbekenden twee politieauto’s in brand, midden op straat. De politie kan dat niet accepteren: dit is een provocatie, een uitdaging van het gezag. Wie is er nu eigenlijk de baas in de buurt? 

Arthur werkt bij de politie. Hij is de baas van het politiebureau in de buurt. Om de daders van de autobranden op te sporen, richt Arthur in 2017 een speciaal onderzoeksteam op. Extra agenten gaan de straat op. Om informatie te krijgen, maar vooral om contact te leggen met de buurtbewoners. Arthur: “We willen duidelijk maken dat wij ons nooit laten ondermijnen. We gaan met open handen de wijk in, maar als het moet met gebalde vuisten.” Arthur ziet een harde kern van criminelen, bij wie een zachte aanpak niet werkt. “We zagen bijvoorbeeld dat een jongen uit de buurt door buurjongens werd afgeperst. Hij moest hun huiswerk maken en geld betalen. Soms zie je kinderen van 13, 14 jaar, van wie je weet: dat wordt later een boef. Dat vind ik heel erg.” 

Het onderzoek

Na de arrestatie van Ali bij de auto met al het verstopte geld, besluit de officier van justitie om Ali daarvoor te vervolgen. Ze denkt ook dat Ali de politieauto in brand heeft gestoken. Om de rechter te overtuigen, moet de officier van justitie bewijs hebben.

Dat is de taak van de politie. De politie en de officier van justitie werken heel nauw samen bij een onderzoek naar een misdrijf. De officier van justitie let daarbij goed op dat het onderzoek volgens de wet verloopt. Er zijn namelijk allerlei regels voor een strafrechtelijk onderzoek. Zo mag de politie niet zomaar je huis doorzoeken of je telefoon afluisteren. De politie en de officier moeten zich aan de wet houden, anders is het bewijs niet geldig.

Stel je voor: de politie luistert je telefoon af terwijl ze daarvoor geen toestemming had. Je vertelt een vriend dat je iets hebt gestolen. Maar omdat de agenten geen toestemming hadden om je telefoon af te luisteren, mag de rechter dat bewijs niet gebruiken. 

Alleen als de rechter heel zeker weet dat je iets hebt gedaan, zal hij straf geven. Dat komt doordat in Nederland iedereen onschuldig is, totdat is bewezen dat hij of zij schuldig is. Dat is heel belangrijk. Voordat de rechter iemand straf geeft, moet er dus heel veel bewijs zijn. 

De zitting

Hoofdstuk_8_Admiraal+de+Ruijterweg+2017+KLEUR_voorkant.jpg

Het lukt de officier van justitie niet om genoeg bewijs te verzamelen in de zaak van de brandstichting van de politieauto. Er zijn geen vingerafdrukken en geen getuigen, de agenten hebben niet gezien wie het vuur heeft aangestoken. Ali ontkent. De politie en de officier denken wel dat Ali de auto in brand heeft gestoken, maar ze kunnen het niet bewijzen. Dus zegt de officier van justitie zelf al tegen de rechter dat ze daarvoor geen straf zal vragen.

Maar de officier vindt wel dat Ali verantwoordelijk is voor het geld in de auto. De autosleutel lag immers in de bosjes waar Ali zich verstopte en bij huiszoeking in Ali’s huis heeft de politie de cornflakes gevonden die uit het pak waren gehaald om ruimte te maken voor het geld. De officier van justitie denkt dat Ali het geld met criminele zaken heeft verdiend. Hij heeft niet uitgelegd hoe hij aan zoveel geld komt. Hij heeft geen werk. Het is in Nederland natuurlijk niet verboden om veel geld of dure spullen te bezitten, maar je moet wel goed kunnen uitleggen hoe je dat hebt verdiend. 

De rechters zijn het eens met de officier van justitie. Ali moet 14 maanden de cel in voor deze zaak. Hij moet zelfs een jaar langer achter de tralies, omdat hij een oude straf nog niet helemaal had uitgezeten. Hij was iets eerder uit de gevangenis gelaten om weer te wennen aan zijn vrijheid en om te proberen op het rechte pad te blijven. Dat noem je voorwaardelijke invrijheidsstelling: een vrijlating onder de voorwaarde dat je niet weer misdrijven zult plegen. Maar als je daarna weer een misdrijf pleegt, moet je de rest van je vorige straf toch nog uitzitten. Ali moet dus in totaal twee jaar naar de gevangenis. Ali is het wel gewend, hij heeft al zo vaak in de cel gezeten. 

De toekomst

Het is iets meer dan twee jaar na de rechtszaak. Ali is weer vrij. Middenin de nacht klinkt er in Amsterdam-West een oorverdovende knal. Er is een plofkraak gepleegd: met explosieven blazen criminelen dan een pinautomaat op om bij het geld te komen. Heel gevaarlijk, want een voorbijganger of buren zouden heel ernstig gewond kunnen raken. Als de agenten de camerabeelden bekijken, herkennen ze Ali meteen. Hij heeft geen masker op. Weer moet Ali heel lang de gevangenis in: de rechter geeft hem 4 jaar cel.

 
Hoofdstuk_8_Admiraal de Ruijterweg 2017 KLEUR_voorkant.jpg

Om over na te denken 

  • Wat kan de overheid doen als een buurt verloedert?

  • Is iemand onschuldig als er niet genoeg bewijs is dat hij een misdrijf heeft gepleegd?

  • Stel: een vriend koopt met crimineel geld een nieuwe scooter. Jij mag die scooter een paar weken lenen. Volgens de wet doe je dan aan witwassen. Wat vind je daarvan? 

  • Vind jij dat alle drugs legaal zouden moeten zijn? Waarom wel of niet?