4 | “Luciano loopt altijd weg”

Luciano, de jongste ooit op de Nationale Opsporingslijst

Luciano

 

Luciano ziet de gevels aan zich voorbijflitsen als zijn vriend Youssef de scooter handig door het verkeer in Amsterdam-West stuurt. Hier kent hij alle straathoeken, elke steen. Dit is zijn buurt. Hier kennen alle jongens zijn naam en ze weten: Luciano doet alles, maakt niet uit hoe gevaarlijk het is. Luciano is 16 jaar, Youssef een jaar ouder. 

Luciano draagt een regenpak, ook al is het lente en schijnt de zon. Met één hand trekt hij de capuchon over zijn hoofd, terwijl hij de andere hand in zijn jaszak steekt. Daar voelt hij het pistool. Het is niet de eerste keer dat hij een vuurwapen in handen heeft. 

Youssef draait de scooter de Jan Evertsenstraat in. Dat is een drukke winkelstraat, met veel verkeer. Vanwege het mooie weer zitten de terrasjes vol, maar daar kijkt Luciano niet naar. Zijn blik richt zich op etalage van de juwelierswinkel in de straat. Daar liggen de dure sieraden die hij en Youssef willen hebben. Die gaan ze pakken. Sowieso. 

Het gevaar is groot. Vier jaar eerder hebben twee buurtjongens dezelfde juwelier overvallen. Dat is gruwelijk misgegaan: winkeleigenaar Fred, een vrolijke Amsterdammer die al zijn hele leven in de zaak werkt, weigert de sieraden zomaar aan de overvallers te geven. Voor de deur van de zaak schieten de jongens Fred in zijn buik. Hij overlijdt op straat, een paar maanden voordat hij met pensioen zou gaan. Eén van de twee overvallers wordt opgepakt en krijgt 18 jaar gevangenisstraf. Het lukt de politie niet om genoeg bewijs te verzamelen tegen de andere overvaller, al weten veel mensen in de buurt wie dat was. Maar iedereen houdt zijn mond.

 
Als Youssef de scooter voor de deur van de winkel neerzet, trekt Luciano zijn pistool en rent schreeuwend naar binnen.

De juwelier schrikt zich kapot: ineens staan er twee gasten in zwarte kleding in zijn winkel! Voordat hij weet wat er gebeurt, slaan de twee jongens de winkelier op zijn hoofd. Bloed stroomt uit de wond en de man valt op de grond. 

Luciano en Youssef grissen de sieraden uit de vitrines en gooien die in een grote boodschappentas. Ze kunnen maar aan één ding denken: zoveel mogelijk sieraden meenemen en dan zo snel mogelijk weg, voordat de politie komt. Ze gaan niet gepakt worden!

Ze doen nog één greep en rennen dan naar buiten. Daar springt Youssef op de scooter, maar Luciano ziet vanuit zijn ooghoek een man op hem aflopen. Het is de buurman, die het lawaai heeft gehoord. “Achteruit, achteruit,” schreeuwt Luciano met overslaande stem. Waarom gaat die ouwe vent niet weg? Luciano tilt zijn arm op en richt zijn pistool. Over de loop van het zwarte vuurwapen ziet hij de man op zich af komen. Luciano aarzelt niet en schiet. 

Er klinkt een harde knal en de kogel vliegt centimeters langs de man, die alleen door heel veel geluk niet wordt geraakt. Terwijl Youssef gas geeft en de stoep af rijdt, springt Luciano achterop. Als ze langs het terras rijden, richt Luciano zijn pistool op de mensen bij de tafeltjes. Dan slingert Youssef de scooter door het verkeer, richting de kleine straatjes van Amsterdam-West. 

Hoofdstuk_4_OvervalJanEe DEFDEF KLEUR.jpg

Trauma

Luciano bestaat echt en het verhaal hierboven is echt gebeurd. Er zijn in Nederland niet zo veel kinderen zoals Luciano die als 16-jarige een overval plegen en met een pistool schieten. Luciano wordt in 1997 geboren, als het bijna kerst is. Hij heeft geen fijne jeugd. Zijn vader vertrekt al voor de geboorte en zijn moeder drinkt veel alcohol, ook terwijl ze zwanger is. Deskundigen denken dat Luciano daardoor misschien wel verstandelijk gehandicapt is geraakt. 

Luciano groeit op in Amsterdam-West. Hij wordt verwaarloosd en maakt een paar heel traumatische dingen mee. In groep zeven weigert Luciano nog naar school te gaan, maar zijn moeder doet niks. Als Luciano 12 jaar is breekt hij in bij een bedrijf. Ook bedreigt hij iemand. Daarna zegt de kinderrechter dat Luciano een tijdje naar een jeugdinrichting moet. 

Kinderrecht

Er zijn in Nederland voor kinderen speciale wetten. Daar staat in dat kinderen en jongeren die een misdrijf hebben gepleegd, hulp moeten krijgen. Ze krijgen nooit alleen maar straf. Dat is omdat mensen in Nederland geloven dat kinderen kunnen leren van hun fouten. Bij volwassenen is de wet iets anders: daar ligt de nadruk meer op straf. Volwassenen hebben namelijk al meer kansen gehad om hun leven te beteren en zouden beter moeten kunnen nadenken.

Ontsnappen

Bij Luciano werkt de hulp niet. Vanaf zijn 12de loopt hij namelijk weg. Altijd. Overal. Binnen een paar jaar ziet Luciano alle jeugdinrichtingen in Nederland vanbinnen, maar overal weet hij te ontkomen. 

Doordat hij telkens ontsnapt, kan hij nooit lange tijd hulp krijgen. Saskia is officier van justitie en ze is gespecialiseerd in jonge misdadigers.

 
Wat we bij Luciano ook proberen, het wordt geen succes. Niets lijkt te werken met zijn problematiek. Dit soort jongens zie je echt niet vaak.

Hij is heel ongrijpbaar. Dat telkens weglopen waardoor geen enkele behandeling kan worden afgemaakt. Heel vaak lukt het om jonge mensen te helpen. Ik had daarop ook voor Luciano gehoopt, maar we hebben de kans niet gekregen.” 

Nieuwe overval

Als Luciano 15 jaar is, ontsnapt hij weer uit een jeugdgevangenis en pleegt een overval. De officier van justitie wil dat Luciano wordt onderzocht door een psycholoog. Luciano weet bijvoorbeeld niet wat goed en slecht is. Daardoor kan hij zich niet in iemand anders inleven: hij begrijpt niet waarom iemand anders boos of bang is. Ook is er iets mis met zijn geweten. Hij voelt zich niet schuldig als hij iemand iets aandoet. 

Jeugd-tbs

De officier van justitie doet iets bijzonders. Ze vraagt aan de rechter om Luciano gedwongen te laten behandelen in een gevangenis. Dat heet een PIJ-maatregel: plaatsing in een inrichting voor jeugdigen. Sommige mensen noemen het ook wel ‘jeugd-tbs’. De rechter kan dat opleggen als een veroordeelde geestelijk ziek is en behandeld moet worden voor hij of zij weer veilig de straat op kan. Dat jongeren een soort tbs krijgen, gebeurt in Nederland heel weinig. 

Hoofdstuk_4_OvervalJanEe+DEFDEF+KLEUR.jpg

De kinderrechter probeert eerst nog een andere oplossing, die iets minder zwaar is. Luciano mag naar huis. Maar zes weken later pleegt hij de overval die aan het begin van dit verhaal staat beschreven. Daarbij schiet hij zelfs op iemand. “Het is heel droevig te zien dat we dit allemaal niet hebben kunnen voorkomen,” zegt officier van justitie Saskia. Dit keer krijgt Luciano wel de PIJ-maatregel, jeugd-tbs.

De Nationale Opsporingslijst

Luciano blijft ontsnappen. Als een crimineel voortvluchtig is, heeft de officier van justitie nog één heel zwaar middel dat ze kan gebruiken. Ze kan Luciano op de Nationale Opsporingslijst plaatsen. De politie en justitie hopen dat mensen de boeven herkennen en tips geven.

Maar de plaatsing op die lijst is heel heftig. Luciano is nog heel jong en als zijn foto en naam openbaar worden, zullen die op internet, televisie en in de kranten verschijnen. Misschien kan hij wel nooit meer aan een baan komen. Ook al zijn vrienden, buren en familieleden zullen weten waarvan hij wordt verdacht. En wat als Luciano daardoor denkt dat hij niets meer te verliezen heeft en nóg roekelozer wordt?

 
Na lang nadenken worden zijn foto en naam verspreid. Hij is de jongste persoon ooit die op de lijst is gezet. 

Slaan en schoppen

Terwijl hij op de Nationale Opsporingslijst staat, pleegt Luciano weer een overval, dit keer met heel grof geweld. Samen met een andere jongen overvalt hij een man die alleen thuis is. De overvallers snijden de man in zijn rug met een mes. Ze zeggen tegen de man dat ze zijn kinderen iets zullen aandoen. Ze binden het slachtoffer vast en dreigen dat ze hem in bad zullen verdrinken. Intussen stelen ze wat geld, een paar horloges en sieraden. De man zit urenlang vastgebonden. Dankzij Siri op zijn telefoon kan hij zijn vrouw bellen. De man is getraumatiseerd. 

TBS

Dit keer is Luciano geen kind meer, hij is volwassen. Omdat hij volwassen is, kan hij volgens de wet veel zwaarder worden gestraft. De officier van justitie wil tien jaar celstraf voor Luciano. Dat noem je een strafeis. De officier van justitie wil ook tbs voor Luciano. 

Tbs (terbeschikkingsstelling) is een gedwongen behandeling voor misdadigers die geestelijk ziek zijn. Mensen die volgens de wet zó gevaarlijk zijn dat ze niet zonder behandeling terug de maatschappij in mogen. De rechter kan heel soms tbs opleggen: alleen als iemand een heel ernstig misdrijf pleegt én deskundigen hebben vastgesteld dat diegene een geestelijke stoornis heeft. Pas als de behandeling met succes is afgerond, mag de veroordeelde naar huis. De behandeling kan steeds met 2,5 jaar worden verlengd. Sommige mensen zijn geestelijk zó ziek, dat het gevaar te groot is om ze ooit nog vrij te laten. Bij hen duurt tbs tientallen jaren. 

Na lang nadenken besluit de rechter dat wat Luciano heeft gedaan heel extreem is. Ook gelooft de rechter de deskundigen die zeggen dat het niet goed gaat in Luciano’s hoofd. De rechter besluit om de 19-jarige zes jaar cel op te leggen, maar geen tbs. Toch kan Luciano dat nog wel krijgen: zijn jeugd-tbs is namelijk niet afgerond. Als hij na zeven jaar nog niet is genezen, kan de jeugd-tbs worden omgezet in volwassenen-tbs. 

 
Hoofdstuk_4_OvervalJanEe DEFDEF KLEUR.jpg

Om over na te denken 

  • Is het uiteindelijk altijd je eigen schuld als je crimineel wordt?

  • Vind je iemand met geestelijke problemen verantwoordelijk voor wat diegene doet? 

  • Hoe moet de maatschappij omgaan met mensen die keer op keer misdrijven plegen? En wat als iemand geestelijke problemen heeft en daardoor crimineel gedrag vertoont?